Lokaal energie- en klimaatpact

Vlaanderen en de lokale besturen slaan, d.m.v. het Lokaal Energie- en Klimaatpact de handen in elkaar om samen de nodige transitie in het energie- en klimaatbeleid waar te maken. Aan de hand van concrete en herkenbare werven (zie hieronder) wil men inzetten op krachtdadig beleid. Er wordt hierbij ingezet op een gelijktijdige bottom-up en top-down aanpak. Beide actoren, de Vlaamse overheid en de lokale besturen geven aan werk te maken van concrete engagementen zoals hieronder vermeld:

Lokale besturen engageren zich om:

  • Het Burgemeestersconvenant 2030 te ondertekenen en uit te werken;
  • Een gemiddelde jaarlijkse primaire energiebesparing van minstens 2,09% te realiseren in hun eigen gebouwen (inclusief technische infrastructuur, exclusief onroerend erfgoed);
  • Een reductie van de CO2-uitstoot van hun eigen gebouwen en technische infrastructuur met 40% in 2030 ten opzichte van 2015 te realiseren;
  • Tegen ten laatste 2030 de openbare verlichting te verLEDden;
  • Het draagvlak voor hernieuwbare energie te verhogen, geen heffing op hernieuwbare energie installaties in te voeren en bestaande, zoals de heffing op pylonen van windmolens, af te bouwen tegen ten laatste 2025;
  • Lokale warmte- en sloopbeleidsplannen op te maken;
  • Burgers, bedrijven en verenigingen te stimuleren om samen met het lokaal bestuur de concrete en zichtbare streefdoelen uit de 4 werven van het Pact te behalen.

De Vlaamse overheid engageert zich om:

  • Via het Netwerk Klimaat professionele ondersteuning te bieden aan de lokale besturen, zoals bepaald in het subsidiebesluit en de werkprogramma’s;
  • Via andere partners binnen de Vlaamse overheid (bv. VEB met het SURE2050-project voor het publiek patrimonium) lokale besturen projectmatige ondersteuning te bieden;
  • Samen met de lokale besturen actief mee te werken aan het elimineren van de mogelijke hindernissen die lokale besturen ondervinden in het realiseren van de ambities binnen dit Pact;
  • Haar eigen voorbeeldfunctie in te vullen en relevante actoren te overtuigen om het Pact te ondertekenen;
  • In samenspraak met het middenveld, onderzoeksinstellingen en de verschillende sectororganisaties de wederzijdse engagementen i.h.k.v. het Pact op te volgen en te stroomlijnen;
  • Aan lokale besturen (en/of andere actoren) de beleidsmaatregelen, voorzien door de Vlaamse, Federale en Europese begroting, actief en stelselmatig te promoten die nuttig kunnen zijn om mee de doelstellingen van het Pact te realiseren. Onder potentiële inbreng van de Vlaamse overheid in hoofdstuk 4 wordt dit waar mogelijk geconcretiseerd;
  • Ter bijkomende ondersteuning van de klimaatpactacties van de gemeenten die het Pact ondertekenen, in een extra jaarlijks budget van 10.000.000 euro, evenals een vast gedeelte van de vrij beschikbare middelen binnen het Vlaams klimaatfonds, te voorzien. Deze budgettaire engagementen kunnen aangepast worden in functie van het algemeen begrotingsbeleid.

Door de ondertekening van het Lokaal Energie- en Klimaatpact geeft de gemeente aan actie te ondernemen om de doelstellingen vermeldt in de onderstaande werven waar te maken:

Werf 1: Laten we een boom opzetten

  • Eén boom extra per Vlaming tegen 2030 (+6,6 miljoen bomen extra vanaf 2021 t.e.m. 2030)
  • 1/2de meter extra haag of geveltuinbeplanting per Vlaming tegen 2030 (+3.300 km extra vanaf 2021 t.e.m. 2030)
  • Eén extra natuurgroenperk per 1000 inwoners tegen 2030 (= 6.600 perken van 10 m² vanaf 2021 t.e.m. 2030)

Werf 2: Verrijk je wijk

  • 50 collectief georganiseerde energiebesparende renovaties per 1.000 wooneenheden vanaf 2021 t.e.m. 2030;
  • 1 coöperatief/participatief hernieuwbaar energieproject per 500 inwoners tegen 2030 die samen voor een totaal geïnstalleerd vermogen zorgen van 216 MW vanaf 2021 t.e.m. 2030 (+12.000 projecten in 2030)

Werf 3: Elke buurt deelt en is duurzaam bereikbaar

  • Per 1.000 inwoners 1 “toegangspunt” voor een (koolstofvrij) deelsysteem tegen 2030 (=6.600 toegangspunten);
  • Per 100 inwoners 1 laadpunt tegen 2030 (=66.000 laadpunten);
  • 1 m nieuw of structureel opgewaardeerd fietspad extra per inwoner vanaf 2021 t.e.m. 2030

Werf 4: Water het nieuwe goud

  • 1m2 ontharding per inwoner vanaf 2021 t.e.m. 2030 (= 6,6 miljoen m2 ontharding);
  • Per inwoner 1m3 extra opvang van hemelwateropvang voor hergebruik, buffering en infiltratie voor regenwater vanaf 2021 t.e.m. 2030 (=6,6 miljoen m3 extra regenwater dat wordt opgevangen voor hergebruik of infiltratie)

------------------------------------------------------------------------------------------------------

Samenwerkingsovereenkomst tussen Vlaamse regering en gemeente Berlaar - Lokaal Energie en Klimaatpact (RPO 23 september 2021, GR 21 september 2021)